Op vakantie:
I: "Matteo, vraag eens aan de douane in het Engels: What time is our boat leaving?"
M: "Daar heb ik geen zin in".
I: "Ben je bang dat je het niet helemaal goed zegt?"
M: "Ja".
I: "Maar mensen vinden het erg leuk hoor als je hen in hun eigen taal aanspreekt, het hoeft daarom helemaal niet perfect te zijn".
M: "Ik zou dat niet leuk vinden als iemand me in behaard Nederlands iets zou vragen".